IMMOBILITEITSSTUDIES

7 april 2016

April is in Nederland elk jaar 'de maand van de filosofie'. Dit jaar is het thema 'GRENZEN'. Niet erg verwonderlijk. Het essay voor de maand van de filosofie is dit jaar geschreven door Paul Scheffer en staat in een boekje met de titel: De Vrijheid van de Grens. Daarin viel me een passage op met de volgende kernzinnen:

"Welke universiteit je ook bezoekt, je treft altijd wel een vakgroep aan die zich richt op mobiliteit in een of andere vorm, [....] We hebben een nieuwe academische discipline nodig: immobiliteitsstudies."

Deze passage sluit rechtstreeks aan op het brengen van bijdragen over Mobilities Regimes op deze site: Sanneke Kloppenburg, Ronen Shamir, Louise Amoore, Sabine Hess, Nina Glick Schiller& Noel Salazar, Sven Kesselring.

Hieronder zie je de betreffende alinea's uit het essay van Paul Scheffer:

Welke universiteit je ook bezoekt, je treft altijd wel een vakgroep aan die zich richt op mobiliteit in de een of andere vorm, meestal migratie. Maar je kunt lang zoeken naar een researchteam dat zich richt op immobiliteit. Dat is merkwaardig, want van de wereldbevolking is maar 3 procent immigrant. 97 procent is dat dus niet. In West-Europa en Amerika gaat het om zo'n 10 tot 15 procent van de bevolking die van elders komt. Die aantallen nieuwkomers hebben zeker invloed op de samenleving, vooral in de steden waar migrantengezinnen ondertussen een meerderheid van de bevolking vormen. Dus er is geen reden om die verandering door de migratie weg te wimpelen als 'niets-nieuws-onder-de-zon', maar tegelijk is duidelijk dat een grote meerderheid van de bevolking niet uit migranten bestaat.

Die veronachtzaming van de meerderheid is een blinde vlek die grenst aan een vooroordeel: mobiliteit is goed, immobiliteit is slecht. Dat geldt op het individuele vlak - wie hart- en vaatziekten wil voorkomen moet bewegen - en het wordt ook als een gebod voor collectiviteiten gezien. Grensoverschrijding is immers vooruitgang, want leven culturen niet van vermenging? En wie zal willen ontkennen dat scheppingsdrang en grensverkenning onlosmakelijk verbonden zijn? De grote kwestie is: leeft een samenleving alleen van het meest beweeglijke deel van de bevolking of moeten we ook woorden vinden voor de grote meerderheid die honkvast is?

We hebben een nieuwe academische discipline nodig: immobiliteitsstudies. Zo is het aantal transnationale huwelijken nog steeds beperkt. Niet heel veel mensen trekken eropuit om in een ander land te gaan werken. Slechts weinigen beheersen een andere taal goed genoeg om daarin wezenlijke meningsverschillen te kunnen bespreken. Het gevoel van duurzame verplichting jegens anderen steekt maar moeilijk de grens over. De negentiende-eeuwse Franse historicus Jules Michelet zei het al: 'L'histoire est d'abord toute géographie', de geschiedenis is voor alles geografie. De vele verhalen over de virtuele wereld die we bewonen ten spijt: ook in onze eeuw doen afstand en nabijheid er nog steeds toe.

in: P. Scheffer, De Vrijheid van de Grens,  Amsterdam, 2016, p.41-42